Scenarioplanning

Veranderingen kunnen onderhevig zijn aan trends als digitalisering, globalisering en klimaatverandering. Maar bij scenarioplanning wordt ook rekening gehouden met scenario’s die zich heel plotseling voordoen. Zo heeft de komst van corona onze markt in no time op z’n kop gezet. Zo’n plotselinge verandering noemen we ‘abrupte discontinuïteit’.  

Het bekende bekende is waar een organisatie dagelijks op stuurt.  
Het bekende onbekende is waar een organisatie periodiek aan werkt.  
Het onbekende onbekende is wat een organisatie overvalt en meestal de grootste impact heeft. 

Scenarioplanning helpt bij dit laatste. En heeft als doel je voor te bereiden op het onbekende onbekende.

interessante links

Scenarioplanning wordt door veel grote bedrijven gebruikt bij de voorbereiding op een veranderende toekomst. Bekijk de volgende links ter inspiratie.

Waarom scenarioplanning?

Dat de wereld continu verandert, is niet nieuw. Wat wel nieuw is, is dat hij steeds sneller verandert.  
Kleine en grote veranderingen volgen elkaar in rap tempo op. It’s happening now. 

‘Biotechnologie kraakt de code van het leven. We kunnen levens verlengen, ziektes genezen en onze menselijke eigenschappen verbeteren’.  

‘Klimaatveranderingen zijn niet te stoppen. Het weer wordt extremer, oogsten mislukken vaker en de zeespiegel stijgt’.  

‘De alsmaar groeiende wereldbevolking legt een te grote druk op onze planeet. Wat leidt tot meer crisissen op het gebied van energie, voedsel en geld.’ 

‘Virussen en bacteriën muteren. Een nieuwe genezingsstrijd ontstaat. Resistentie voor antibiotica vormt een enorme uitdaging’.  

‘We verkennen het heelal. Een wedloop om nieuwe grondstoffen ontstaat. We vinden onverwachte zaken en zien nieuwe kansen en bedreigingen’.  

Veel veranderingen zien we aankomen. Toch weet niemand precies wanneer ze zullen plaatsvinden of wat het effect op onze samenleving zal zijn. Erop wachten is de grootste valkuil.

Figuur 1.1 De toekomst bekeken vanuit vijf invalshoeken

Je wilt een plan hebben, voordat het gebeurt.  
Met scenarioplanning kun je verschillende beelden vormen, van mogelijke toekomsten. Deze toekomstscenario’s gebruik je als input om betere beslissingen te nemen. Met als doel een betere toekomst voor jezelf, een bedrijf, een land (overheid) of de wereld in het algemeen. 
 

De inhoud van deze scenario’s wordt bepaald door een aantal gebeurtenissen. Deze gebeurtenissen zijn gericht op de toekomst en kun je bekijken vanuit vijf verschillende invalshoeken: tijd, relevantie, verandering, onzekerheid en informatiebetrouwbaarheid. Zie figuur 1.1.

01 > Tijd

Als we met elkaar in gesprek gaan over de toekomst dan doen we dat in relatie tot tijd. Er is een groot verschil of we praten over zaken die mogelijk over drie maanden, vijf jaar of juist over twintig jaar plaatsvinden. Het tijdsverschil bepaalt namelijk voor een groot deel hoe we de mate van verandering en onzekerheid schatten.

Bij het vormen van beelden over de toekomst gebruiken we (on)bewust onze eigen kennis en ervaring vanuit het heden en verleden. Met onze creativiteit en logica proberen we zo goed mogelijk verbindingen te leggen tussen onze kennis van de wereld nu en mogelijke toekomsten. Mensen zijn hierbij in staat om in hun denken de factor tijd razendsnel te overbruggen. We generen continu toekomstbeelden en beoordelen deze op waarschijnlijkheid. Dit proces vormt input voor het maken van alledaagse beslissingen. Denk op de korte termijn aan: ‘Wat eten we vanavond?’ en ‘Wat zullen we dit weekend ondernemen?’ Maar ook keuzen die voor de lange termijn een uitwerking hebben zoals: ‘Welke studie ga ik volgen?’ of ‘Ga ik een huis kopen of huren?

De factor tijd is bij een scenariostudie een vast gegeven. Bijvoorbeeld: ‘Hoe werkt Europa in 2030 samen met de rest van de wereld?’ Hoewel de tijdsfactor 2030 feitelijk een vast gegeven is, beleven mensen tijd wel verschillend.

Tijd is ook van invloed op de informatiekwaliteit. Als je informatie probeert te verzamelen over de verre toekomst dan zullen er steeds meer variabelen onbekend zijn, waardoor er meer variatie mogelijk is. Het wordt dan ook steeds onwaarschijnlijker dat een uitspraak over de verre toekomst betrouwbaar is.

View of the Kremlin in Moscow, Russia

02 > Relevantie

Uitspraken doen over mogelijke toekomstige gebeurtenissen doen we in relatie tot een context. Je beperkt je hierbij tot een bepaald denkkader waarbij je informatie filtert om te komen tot relevante uitspraken. Stel je denkt na over: ‘De effecten van alcoholconsumptie in noordelijk Rusland op de lokale maatschappij in 2030.’ Je zult vanuit deze context, in eerste instantie, niet zomaar gaan nadenken over mogelijke nieuwe ontwikkelingen in de auto-industrie. Net als tijd is context bij een gerichte scenariostudie een vast gegeven.

Bij het nadenken over de toekomst kun je jezelf uiteraard afvragen: ‘Maar wat is relevant?’ Het verloop van de toekomst wijkt immers vaak van de gebaande paden af. Dat is precies wat we bij scenariostudies ook zullen doen: buiten de gebaande paden denken. Sla je een brug tussen de onwaarschijnlijke gebeurtenis en het heden dan wordt ook voor anderen duidelijk dat de gebeurtenis wel degelijk relevant is voor de gekozen context.

03 > Verandering

Als je een willekeurige toekomstige gebeurtenis bedenkt en je zet die af tegen het heden dan kun je het verschil bepalen. Het verschil is een bepaalde mate van ontwikkeling van de gebeurtenis, een fenomeen. Wij onderscheiden drie categorieën van verandering: trends, geleidelijke en abrupte discontinuïteiten.

In de voorgaande figuur kun je de diverse categorieën zien. Als een toekomstige ontwikkeling in lijn ligt met het verleden en heden, dan spreek je over een trend. De relatieve verandering is minimaal: er kan wel sprake zijn van verandering (groei of daling) maar deze is redelijk constant.

Denk bijvoorbeeld aan de Wet van Moore (1970): iedere twee jaar verdubbelt het aantal transistors in chips. Ruim veertig jaar later is deze trend nog steeds van kracht.

Als de toekomst echt anders verloopt, dan spreek je over een discontinuïteit, ook wel een trendbreuk genoemd. Denk bijvoorbeeld aan de ontwikkeling van brandstofauto’s naar elektrische auto’s. Loopt de verandering zodanig dat je er nog op in kunt spelen, dan spreken we over een geleidelijke discontinuïteit. We zeggen ook wel: ontwikkelingen nemen een hoge vlucht. Loopt de verandering zeer snel, dan spreken we over een abrupte discontinuïteit: bijvoorbeeld een beurscrash.

We zullen nu dieper ingaan op trends en discontinuïteiten omdat deze categorieën aan de basis liggen van scenario-ontwikkeling. Tot slot sluiten we af met een aantal patronen als hypes en rages.

Trends vormen de basis van scenario’s. Ze komen in alle scenario’s voor, de uitwerking binnen de scenario’s kan echter verschillen. Het herkennen van trends en het overzien hoe ze mogelijk uitwerken (op de maatschappij, economie, enz.), is dan ook een uiterst belangrijke vaardigheid. Een trend definiëren wij als volgt:

Trend: een constant patroon dat ontstaat als een lange termijn van data in beschouwing wordt genomen.

Een constant patroon is bijvoorbeeld een (sterke) groei of daling. Ook kan een constant patroon bestaan uit een bepaalde cyclus die zich continu herhaalt.

Hoe je lange termijn definieert, is afhankelijk van de soort ontwikkeling. Zo kun je bij een technologische ontwikkeling al spreken over een trend als deze zich twee tot vijf jaar volgens een gelijk veranderingstempo manifesteert. Bij ontwikkelingen vanuit het maatschappelijke en economische domein kun je bij lange termijn denken aan een periode van vijf á tien jaar. Bij heel lange perioden hebben we het over megatrends (Naisbitt, 1988).

Een uitspraak doen over de nabije toekomst waarbij je voldoende informatie hebt vanuit het verleden is vaak redelijk zeker. Echter, hoe verder er wordt vooruitgekeken, hoe onzekerder de uitspraak wordt. Bij trends wordt er dan gebruik gemaakt van een verwachte, minimale en maximale trendlijn om een mogelijke spreiding aan te geven.

Het woord trend wordt vaak te pas en onpas gebruikt. Veel mensen noemen alle ontwikkelingen die nieuw zijn een trend, dat kan voor verwarring zorgen. Neem nu voorgaand voorbeeld. Het figuur links (energie consumptie) is inderdaad een trend. Weliswaar schommelt de groei door de tijd iets, maar gekeken naar de periode 1950-2000 is deze redelijk constant. Kijk nu naar het figuur rechts (groei wereldbevolking): is dit een trend? Als je kijkt naar de periode 1800-1920 dan is het antwoord: ja. Van 1920 -1970 zie je dat de groei harder verloopt en spreek je dus niet over een trend maar een geleidelijke discontinuïteit (meer hierover in de volgende paragraaf). Het goed weten te categoriseren van soorten ontwikkelingen is belangrijk omdat ze de bouwstenen van scenario’s vormen. Hiermee bepalen ze in een belangrijke mate de kwaliteit en bruikbaarheid van scenario’s.

Andere voorbeelden van trends voor de komende tien jaar:

  • technologie dendert door;

  • globalisering neemt alsmaar toe;

  • de gemiddelde leeftijd waarop mensen kinderen krijgen, neemt toe;

  • aankopen via internet nemen toe.

    Marketeers focussen regelmatig op trends. Dit omdat de ontwikkeling van een nieuw product meer succesvol zal zijn als ze deze in lijn kunnen brengen met een sterke trend.

Lees verder over de 5 invalshoeken

Wil je meer weten over de 5 invalshoeken? Lees het hier. Wil je meer weten over scenarioplanning? Schrijf je dan in voor een webinar, workshop en/of bestel het Handboek Scenarioplanning.

De theorie en lesmaterialen die (met toestemming van de auteurs) worden gebruikt zijn voor een groot deel gebaseerd op de volgende publicatie:

Handboek Scenarioplanning – Tweede herziene druk. 
Toekomstscenario’s als strategisch instrument voor het managen van onzekerheid. 
Hardcover – full color – 508 pages

Mario van Rijn, René van der Burgt. 
Publisher: Vakmedianet, The Netherlands
ISBN-13: 978-90-13-10615-2 
EAN: 9789013106152

Awards
The Dutch professional association fororganization experts and advisers (OOA – Orde van Organisatie Adviseurs) named “Handboek Scenarioplanning” the best advice book of 2010.

Hoe te bestellen
Je kan het handboek bestellen via: Managementboek and Bol.com

Preview
Je kan delen van het boek bekijken of downloaden via de volgende links: introductiehoofdstuk1definities en index.